4.7 COMMUNICATIE OP ZWEEFVLIEGKANALEN
De spraakcommunicatie van de burgerluchtvaart vindt voornamelijk plaats in de VHF-band en wel in het frequentiegebied van 118 MHz tot 136.975 MHz. De zweefvliegkanalen: 122.480; 122.505; 123.355; 123.380; 123.505; 129.980 en 130.130 bevinden zich daar ook. Deze kanalen gelden alleen voor het Nederlandse luchtruim. Bij het vliegen in het buitenland mag je deze kanalen niet gebruiken, want die kunnen daar toegewezen aan grondstations van vliegvelden.
Vlieg je in Duitsland dan zijn er 2 landelijke kanalen beschikbaar voor air-air communicatie. Dat zijn: 122.540, en 122.555 en 10 regionale.
De zweefvliegkanalen zijn er voor het verhogen van de veiligheid. Wanneer je deze kanalen steeds bezet houdt en gebruikt als babbelbox, dan benadeel je clubs die alleen dankzij een goede radio-communicatie mogen vliegen en je brengt de veiligheid in gevaar. Een paar voorbeelden:
- Zweefvliegclubs op militaire velden zoals Leeuwarden, moeten buiten de CTR blijven als de CTR actief wordt. Het komt geregeld voor dat een SAR-heli een vlucht naar de eilanden moet maken. Een enkele keer gaan er F-16 vliegtuigen uit vanwege een QRA (Quick Reaction Alert). Zodra de CTR in het weekend of 's avonds actief wordt, moeten de zweefvliegtuigen onmiddellijk landen of buiten de CTR blijven.
- Indien een leerling zweefvlieger een technisch mankement ondervindt, kan hij via deze frequentie mogelijk advies van zijn instructeur inwinnen.
- Constant geklets op de zweefvliegfrequenties leidt de aandacht van het vliegen af. Sommige zweefvliegers zetten de radio zachter om minder gehinderd te worden. Soms missen ze belangrijke informatie doordat de frequentie zonder noodzaak bezet gehouden wordt of hun radio te zacht staat.
Een korte conversatie met je “maten” is uiteraard toegestaan op deze frequenties, maar houd de berichten kort en bondig. Het gebruik van deze frequenties is gebaseerd op onderling fatsoen.
Voor noodoproepen is de internationale noodfrequentie 121.500 MHz gereserveerd. Deze frequentie wordt beluisterd door de Search And Rescue (reddingsdiensten) van de luchtverkeerscentra en de meeste verkeersvliegtuigen.
Voor een vlucht met een motorzwever naar het buitenland is een ELT verplicht (Emergency Locator Transmittor). Als een vliegtuig met een ELT een ongeval krijgt dan zal dit systeem een alarmgeluid uitzenden op de noodfrequentie. De reddingsdiensten kunnen het vliegtuig dan vinden.
A guide to phraseology for general aviation pilots
Op onderstaande link kun je een pdf bestand downloaden met nuttige radio-communicatie tips. Bovendien staan er links bij waarbij je radioboodschappen ook kunt beluisteren. Download de Radiotelephony-guidevan EGAST Zie: https://easa.europa.eu/essi/egast/wp-content/uploads/2011/03/EGAST_Radiotelephony-guide-for-VFR-pilots.pdf |
Dirk en Roelof Corporaal, laatste update10-november 2020