STUDIEHULP VOOR HET VAK COMMUNICATIE

Gemaakt door Ton Staassen (versie 3-1-2018) Voor de pdf-versie klik hier.

Deze vragen en opdrachten zijn bedoeld om inzicht te krijgen in hoeverre je de geleerde stof beheerst. Lees eerst het hele dictaat en probeer dan de onderstaande vragen te beantwoorden en opdrachten uit te voeren.

4.1 VFR Communicatie

  1. Beschrijf de begrippen "amplitude", "golflengte" en "frequentie".
  2. Wat bedoelen we met een frequentieband?
  3. Welke frequentieband wordt gebruikt voor RT-communicatie in de luchtvaart en tussen welke
    frequenties ligt die?
  4. Wat wordt bedoeld met kanaalseparatie en hoe groot is die voor luchtvaartfrequenties?
  5. Wat wordt bedoeld met het bereik van radiosignaal en van welke factoren is het bereik afhankelijk?
  6. Hoe kun je ruwweg het bereik berekenen van radio's die gebruikt worden in zweefvliegradio's?
  7. Noem drie belangrijke frequenties en beschrijf waar ze voor worden gebruikt.
  8. Wat is een transponder, welke modes zijn er en welke informatie wordt er bij elke mode uitgezonden?
  9. Wat wordt bedoeld met de term "Squawk".
  10. Welke speciale transpondercodes ken je en in wat voor een situaties worden die gebruikt?
  11. Wat moet je doen als de verkeersleider je de opdracht geeft "Squawk ident" en wat gebeurt er dan?

4.2 Begrippen

  1. Bedek de rechterkolom in de tabel met termen op blz. 12-13 en beschrijf wat ze betekenen.
  2. Bedek de linkerkolom in de tabel met termen op blz. 12-13 en noem de term die wordt beschreven.
  3. Welke verschillende hoogtemeterinstellingen ken je en leg uit wat die betekenen.
  4. Wat betekenen de begrippen ETA en UTC?
  5. Wat is de officiële te gebruiken taal op luchtvaartfrequenties in Nederland en is het verplicht die op alle
    frequenties te gebruiken?
  6. Noem alle letters in het alfabet en de woorden die gebruikt worden om deze letters aan te duiden.
  7. Bedek de rechterkolom in de tabel met standaard woorden op blz. 16-17 en beschrijf wat ze
    betekenen.
  8. Bedek de linkerkolom in de tabel met standaard woorden op blz. 16-17 en noem het woord dat bij de
    beschrijving hoort.
  9. Wat betekent Read you One, Read you two, Read you three, Read you four en Read you five.

4.3 Algemene procedures

  1. Wat is de naam van je station als je je aan boord van een vliegtuig zit?
  2. Mag je op eigen initiatief de naam van je station inkorten terwijl je met een luchtverkeersleider spreekt
  3. Aan welke regels moet je je houden als je een boodschap over de radio wilt uitzenden?
  4. Welke veel voorkomende namen tref je aan voor gecontroleerde stations en welke voor
    ongecontroleerde stations?
  5. Welke regels ken je bij het gebruik van je vliegtuigregistratie tijdens communicatie via de radio?
  6. Wat is de basisvolgorde van de informatie die je uitspreekt als je voor het eerst een ander station
    oproept?
  7. Wat is een readback en wat is daar de bedoeling van?
  8. Welke communicatie-uitingen ken je bij de lierstart? En welke bij de sleepstart?

4.4 Meteorologie en communicatie

  1. Wat betekent de afkorting METAR en wat wordt er mee bedoeld?
  2. Wat is een ATIS en welke informatie wordt er in verstrekt?

4.5 Verlies van radiocontact

  1. Welke maatregelen neem je bij het verlies van radiocontact?
  2. Wat betekent de term "Transmitting blind".
  3. Welke lichtseinen ken je in de luchtvaart en wat is de betekenis ervan?

4.6 Nood- en spoedprocedures

  1. Welke drie soorten niet normale situaties ken je in de luchtvaart en geef een korte omschrijving van elk van de drie.
  2. Met welke uitdrukkingen geeft je via de radio aan dat er sprake is van de diverse types niet-normale situaties?
  3. Wat doe je als je een ander station een noodoproep hoort uitzenden? 4 Welke actie kun je ondernemen als je de weg kwijt bent?