4.30 VLIEGEN MET PASSAGIERS
- De passagier begeleiden bij het instappen
- Een eenvoudige uitleg van het vliegtuig en de instrumenten en de vlucht geven
- Beheerst en rustig vliegen
- Goed letten op de reacties van de passagier en na de vlucht vragen wat hij van de vlucht vond.
- Zorg ervoor dat je aandachtsverdeling vooral gericht blijft op het vliegen en de vliegveiligheid
Passagiers vliegen
Één van de leuke dingen van het zweefvliegen is het vliegen met een passagier die z'n doopvlucht maakt. Het is zijn eerste kennismaking met de schitterende zweefvliegsport en de vlieger probeert natuurlijk om zijn liefde voor het zweefvliegen op de aspirant-zweefvlieger over te brengen.
Volgens de EASA regels mag elke SPL en LAPL(S) vergunninghouder in een tweezitter een passagier meenemen. Onder een 'passagier' wordt verstaan: Iemand die, niet tegen betaling, meevliegt. Een kind bij een passagier op schoot meenemen is niet toegestaan. De wet maakt geen verschil tussen het van vóóruit of van achteruit besturen van een tweezitter.
De clubs stellen vaak hogere eisen aan degenen die passagiers mogen vliegen. Behalve dat ze je enige checkstarts afnemen, bekijken ze of je over een ruime vliegervaring beschikt en of je bij de instructeurs bekend staat als een betrouwbare zweefvlieger.
De uitleg
Stel je duidelijk voor en vraag of de passagier al eerder gevlogen heeft. Controleer of je met de passagier binnen de gewichts-grenzen blijft (maximum gewicht bij achterin zitten en minimum gewicht bij voorin). Verwijder als dat mogelijk is de achterste stuurknuppel. Doe de passagier voor hoe je instapt en help hem met het vastmaken van de riemen. Vraag hem of hij goed zit en zeg hem dat hij tijdens de vlucht de vrije beweegbaarheid van stuurorganen niet mag verhinderen.
Wijs hem er ook op dat hij van de rode knop van de cockpitvergrendeling, die gebruikt wordt om de kap voor het onderhoud te verwijderen, af moet blijven. Wanneer passagiers bij jouw club ook met een chute vliegen, help dan met het juist omdoen van de chute en geef een korte uitleg hoe gehandeld moet worden in het zeer uitzonderlijke geval dat er gesprongen moet worden.
Wijs de passagier de hoogtemeter, de snelheidsmeter en de variometer aan en geef ook een eenvoudige uitleg over de roeren, de remkleppen en het verloop van de start en de vlucht. Vertel iets over steil klimmen, luchtdrukverschillen en dat hij moet slikken als de geluiden zachter worden danwel druk op de oren voelt. Houd ondertussen bij wat voor indruk je van de passagier krijgt. Nerveus? Niet verkouden? Kijk of het luchtziektezakje aan boord is en bereikbaar. Controleer of z'n handbagage (tas, camera) niets kan blokkeren (niet argeloos voor een voetpedaal is neergezet!). Leg hem uit hoe hij de kap kan sluiten en openen en controleer of de kap daadwerkelijk vergrendeld is. Vertel tijdens de start, de vlucht en de landing wat je doet en wat er gebeurt.
De vlucht
Natuurlijk vlieg je zo beheerst mogelijk en vermijd je een steile klimstand en steile bochten. Als je al thermiek tegenkomt, maak dan een paar heel vlakke 'KLM-bochten' of vlieg er recht door heen. Denk terug aan je eigen eerste zweefvliegvlucht, dan weet je weer dat zo'n vlucht voor een passagier spannend is en dat hij in korte tijd erg veel nieuwe ervaringen opdoet. Wijs de passagier op markante punten in de omgeving, maar niet op punten steil onder het vliegtuig. Praat tegen hem en let onder-tussen op zijn reacties.
Wanneer het stil wordt en de passagier niet meer zo goed op jouw vragen en opmerkingen reageert, is het mogelijk dat hij luchtziek aan het worden is. Vertel hem dan dat een beetje luchtziek worden tijdens de eerste vluchten heel normaal is en dat dit verdwijnt zodra hij later tijdens de opleiding zelf het toestel bestuurt. Mocht de passagier echt misselijk worden, wijs hem dan op het zakje dat in het opbergvakje zit. Het openen van het raampje en een hand een stukje eruit steken zodat de luchtstroom tegen het gezicht komt, is ook een probaat middel. Bij beheerst vliegen worden passagiers gelukkig zelden luchtziek.
Vraag na de vlucht wat de passagier van de vlucht vond en breng, samen met hem, de tweezitter terug naar de startplaats, zodat dat hij niet alleen door het landingsveld heen terug naar de startplaats loopt. Maak reclame voor de club en geef een doopvluchtcertificaat en / of folder mee.