Luchtvaartgesprekken

Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat heeft 9 luchtvaartgesprekken, verdeeld over het land, gehouden. Gisteravond was Leeuwarden aan de beurt. Namens de Friese Aero Club zijn wij daar met drie bestuursleden geweest om de belangen van zweefvliegend Nederland te onderstrepen. Wij hebben onze punten op één A-viertje gezet en hopen dat die meegenomen worden in de Luchtvaartnota 2020-2050. Je leest hieronder wat er op het A-viertje staat.

Wie zijn wij:
Wij zijn zweefvliegers en dus gebruikers van het luchtruim. Zweefvliegtuigen hoor je niet en zie je ook niet vaak, Toch zijn er in Neder-land 3500 zweefvliegers en die maken met 700 zweefvliegtuigen per jaar circa 130.000 vluchten. Dat zijn meest lokale vluchten maar per jaar ook duizenden lange vluchten. Wij zijn lid van de EGU een Europese organisatie met 80.000 zweefvliegers.

Wat willen we:

  • Zweefvliegen is een fantastische sport en de kweekvijver voor de luchtvaart. Er zijn ongeveer 40 zweefvliegclubs. Onze Friese Aero Club met 75 leden heeft de laatste jaren zeker 16 burgerpiloten, 2 militaire vliegers en een verkeersleider voortgebracht.
  • Wij willen voldoende luchtruim. Volgens de ‘Luchtruimnota 2012’ staan alle luchtruimgebruikers centraal. Het mag niet zo zijn dat bij de verdeling van de Luchtruimtaart de zweefvliegers alleen de kruimels krijgen.

Zweefvliegvluchten gemaakt op 3-5-2014

Onze inbreng voor de Luchtvaartnota 2020 - 2050:

  • Ga er van uit dat het luchtruim van iedereen is en dat je overal mag vliegen behalve daar waar het aantoonbaar onveilig is.
  • Begin met een blanco kaart van het luchtruim (niet uitgaan van de bestaande situatie) maar streef naar een nieuwe optimale indeling.
  • Sluit zoveel mogelijk aan bij het Duitse luchtruim, want daar heeft Nederland het meest mee te maken. Dus luchtruimklasse E tot FL095, tenzij aantoonbaar een stuk van dit luchtruim nodig is voor dalend of stijgend verkeer van en naar vliegvelden met veel verkeer.
  • Zweefvliegtuigen beschikken over een transponder en zijn zichtbaar op de ACAS van verkeersvliegtuigen.
  • Geen luchtruimklasse A onder FL180
  • De grote luchtvaart moet zoveel mogelijk volgens constant dalen en constant klimmen de luchthavens naderen en verlaten. De KLM-vliegers die lid zijn van onze club zeggen: 'Hoger is voor iedereen beter'. Tijdens het dalen op bepaalde hoogtes horizontaal vliegen is voor iedereen slecht (economisch, milieu, bewoners, enzovoort)
  • Ga bij het ontwerpen van TMA’s uit van het up-side-down weddingcake-model zodat er voldoende ruimte overblijft voor de GA.

 

Afbeelding overgenomen uit Luchtvaartnota 2012.

Het Duitse luchtruim Klik hier voor een grotere afbeelding.