3L - BEGRIPPEN LUCHTVAARTWETGEVING
Dit is niet een officiele EASA begrippenlijst maar een lijstje van afkortingen en begrippen waar een technicus wel eens mee te maken krijgt.
ACAM | Door middel van ACAM-inspecties (Aircraft Continuing Airworthiness Monitoring) wordt de luchtwaardigheid van de Nederlandse luchtvaartuigen door ILT in kaart gebracht. | ||||||||||||||
AD |
Airworthiness Directive: verplicht op te volgen aanwijzing van de luchtvaartautoriteiten. AD’s kunnen worden uitgegeven voor vliegtuigen, maar ook voor onderdelen. EASA publiceert alle AD's vanaf 2003 op deze website. Door de naam van de fabrikant van het zweefvliegtuig in te vullen kun je Een AD moet meestal uitgevoerd worden door een technicus en in sommige gevallen door bepaalde Part 145 bedrijven of door de fabrikant. |
||||||||||||||
Aircraft certificate of release to service | Certificaat van vrijgave voor gebruik. Verklaring dat het onderhoud in overeenstemming met de van toepassing zijnde eisen is uitgevoerd. Het vermeldt tevens tot welke datum, uren of starts (wat eerste komt) het toestel is vrijgegeven. | ||||||||||||||
AMC |
De EU maakt wetten die Verordeningen genoemd worden. Bij veel verordeningen publiceert EASA Acceptable Means of Compliance” (AMC’s) en “Guidance Material” (GM). Hierin staat in detail beschreven hoe de wetgeving in de praktijk toegepast moet worden. Om het leesbaar te houden wordt soms een easy-access versie gemaakt. Dit is een combinatie van de Verordening, de AMC en het GM. Guidance Material geeft een toelichting op een regeling. De Acceptable Means of Compliance beschrijven in detail hoe aan de regeling moet worden voldaan. |
||||||||||||||
AML |
Aircraft Maintenance Licence. Vroeger: Bewijs van bevoegdheid als zweefvliegtechnicus. Onderverdeeld in de ratings A, B en C. A voor het zweefvliegtuig, B voor de motor en C voor elektrische installaties. Een AML houder mag als hij daartoe bekwaam is, de juiste materialen gebruikt en een geschikte omgeving en apparatuur heeft alle handelingen uitvoeren en vrijgeven die beschreven staan in EASA PART ML Appendix III — Complex Maintenance Tasks PART ML Appendix III — Complex Maintenance Tasks (Blz. 327). Bij het uitvoeren van de werkzaamheden dient de technicus zich te houden aan de instructies van de fabrikant. Deze bevoegdheden zijn momenteel omgezet naar een Part 66 bevoegdheid in de categorie L2 (powered sailplanes and ELA1 aeroplanes,). Op de L2 bevoegdheid wordt beschreven welke werkzaamheden je mag uitvoeren. Voor de uitgifte van de L2 bevoegdheden en de verlenging ervan (om de 5 jaar) zorgt KIWA. |
||||||||||||||
AMP |
Aircraft Maintenance Programme De eigenaar/houder dient voor elk vliegtuig een onderhoudsprogramma op te stellen. Een onderhoudsprogramma bevat een overzicht van de periodieke onderhoudstaken conform EASA part M Zie: website ILT Het bevat een beschrijving van alle periodieke onderhoudstaken en geeft de intervallen of termijnen binnen welke die taken uitgevoerd moeten worden. Het AMP wordt goedgekeurd door de eigenaar of namens de houder door een gecontracteerde CAMO of CAO die het volledige onderhoud voor de eigenaar doet. De CAO van de KNVvL-Afdeling Zweefvliegen doet dit niet Jaarlijks moet worden bekeken of het AMP aangepast moet worden. Een onderhoudsprogramma omvat ten minste de volgende aspecten:
|
||||||||||||||
AMPI | Een zweefvliegtuig wordt onderhouden volgens een onderhoudsprogramma. Het onderhoudsprogramma werd goedgekeurd door een AMPI (Aircraft Maintance Program-Inspecteur van de CAMO). Momenteel moet de eigenaar het AMP opstellen en goedkeuren. De functie van AMPI is verdwenen. De ARI (of ARS) moet bij de ARC-afgifte controleren of het AMP voldoet aan het luchtwaardig houden van het vliegtuig. | ||||||||||||||
Annex 1 vliegtuigen | Dat zijn luchtvaartuigen waarop de EASA-regels, volgens Annex I van de Europese verordening (EC) 2042/2003 artikel 4, niet van toepassing zijn. Hiervoor geeft ILT een speciaal (nationaal) BVL af. | ||||||||||||||
ARC |
Airworthiness Review Certificate Een zweefvliegtuig met een EASA-BVLheeft twee documenten m.b.t. de luchtwaardigheid, het eigenlijke luchtwaardigheidsbewijs Certificate of Airworthiness, dat maar één keer wordt uitgereikt (en dus niet verlengd hoeft te worden) en een ARC. Een ARC is 12 maanden geldig en moet door een ARI (Airworthiness Review Inspector van een CAMO) of een ARS (iemand van de Airworthiness Review Staff van een CAO) worden verlengd.
Wanneer een ARC niet verlengd kan worden vanwege gebreken, dan meldt de ARI of ARS dat aan ILT. De ARC-administratie moet minimaal 3 jaar worden bewaard. |
||||||||||||||
ARI /ARS |
Taken:
Een ARI / ARS die een ARC-verlengingskeuring gedaan heeft, geeft een nieuw ARC-certificaat en een certificaat van vrijgave voor gebruik af. Hij verklaart daarmee dat het onderhoud volgens de EASA-voorschriften is verricht. In het journaal van het vliegtuig (blauwe boekje) wordt een onderhoudsverklaring geplaatst of de ARI geeft een Release to Service Certificate af waarop wordt aangegeven wanneer de volgende onderhoudsbeurt moet worden uitgevoerd. De ARC-inspecteur moet jaarlijks onderzoeken en verklaren dat het AMP (dat door de eigenaar moet worden opgesteld) nog actueel is en voldoet voor het luchtwaardig houden van het zweefvliegtuig. |
||||||||||||||
Audit | Een ARI wordt minimaal één maal per 2 jaar ge-audit. Een niveau 1 bevinding moet voor de eerstvolgende vlucht worden opgelost. Een niveau 2 bevinding binnen 3 maanden. Als een bevinding is opgelost wordt dit aan de betreffende inspecteur gemeld. | ||||||||||||||
Besluit Luchtvaartuigen (BL 2008) | Het Besluit Luchtvaartuigen (BL 2008) bevat aanvullingen op de EASA regels over de registratie en het onderhoud van luchtvaartuigen. | ||||||||||||||
Boord-documenten |
Aan boord van een zweefvliegtuig moeten de volgende documenten aanwezig zijn:
|
||||||||||||||
BvL |
Bewijs van luchtwaardigheid Een luchtvaartuig moet zijn voorzien van een Bewijs van Luchtwaardigheid (BvL)/Certificate of Airworthiness (CofA), In Nederland worden de bewijzen van luchtwaardigheid verstrekt door de Inspectie voor Leefomgeving en Transport (ILT). ILT verstrekt vijf soorten BvL’s:
EASA-standaard-BvL:
EASA-beperkt-BvL:
ICAO-standaard-BvL:
Speciaal-BvL:
Export-BvL:
|
||||||||||||||
CAME | Continuing Airworthiness Management Exposition: het procedurehandboek van de CAMO /CAO (zie CTZ-site). | ||||||||||||||
CAMO | Continuing Airworthiness Management Organisation: Organisatie die de blijvende luchtwaardigheid waarborgt. Een CAMO is een Part-M subpart G organisatie. Een organisatie die het onderhoudsmanagement van een vliegtuig beheert (goedkeuren onderhoudsprogramma, beheren AD's, planning van het onderhoud, uitbesteden van onderhoud, bewaken vliegtuig in gecontroleerde omgeving (vlootbeheer) en het afgeven van de ARC. | ||||||||||||||
CAO | Een CAO (Combined Airworthiness Organisation) is de opvolger voor de CAMO en mag onder andere ARC’s afgeven. De KNVvL-CAO heeft zo'n erkenning | ||||||||||||||
Certificate of Airworthiness | Een zweefvliegtuig met een EASA-BVLheeft twee documenten m.b.t. de luchtwaardigheid, het eigenlijke luchtwaardigheidsbewijs Certificate of Airworthiness, dat maar één keer wordt uitgereikt (en dus niet verlengd hoeft te worden) en een ARC. Een ARC is 12 maanden geldig en moet door een ARI of ARS worden verlengd. | ||||||||||||||
Certificaat van vrijgave | Verklaring dat een onderdeel (bijvoorbeeld de propellor) van een (motor) zweefvliegtuig aan de eisen voldoet. | ||||||||||||||
Certificaat van vrijgave voor gebruik |
Verklaring dat het onderhoud in overeenstemming met de van toepassing zijnde eisen is uitgevoerd. Zie vrijgave document. | ||||||||||||||
CS-22 | CS-22 is een onderdeel (Annex 1) van Initional Airworthiness en beschrijft de eisen waaraan een zweefvliegtuig moet voldoen. Zie ook: https://www.easa.europa.eu/sites/default/files/dfu/Sailplane%20Rule%20Book.pdf vanaf blz. 170 -314 | ||||||||||||||
CS-STAN |
CS-STAN Certification Specifications for Standard Changes and Standard Repairs. Easy Access Rules for Continuing Airworthiness. Door EASA geaccepteerde methoden en technieken om standaardwijzigingen en standaardreparaties uit te voeren en te documenteren. Bij het uitvoeren van de werkzaamheden dient de technicus zich te houden aan de instructies van de fabrikant (onderhoudshandboek, reparatiehandboek, tekeningen van de fabrikant). Behalve de instructies van de fabrikant heeft de technicus nog de mogelijkheid gebruik te maken van de procedures beschreven in EASA CS-STAN |
||||||||||||||
DAH | Design Approval Holder (fabrikant). Dus DG-Flugzeugbau, Schempp Hirth enzovoort. | ||||||||||||||
Defect | EASA beschrijft "DEFECTS" (defecten) en hoe daarmee moet worden omgegaan in ML.A 403. DEFECTS moeten in het vliegtuigjournaal gemeld worden en verholpen worden voor de eerst volgende vlucht. In bepaalde gevallen mag een bevoegd persoon of bedrijf de reparatie uitstellen als het defect geen invloed heeft op een veilige vluchtuitvoering. Een uitgesteld defect heet in het Engels "Deferred Defect". | ||||||||||||||
EASA | EASA is een orgaan van de Europese Unie met regelgevende en uitvoerende taken op het gebied van de luchtvaartveiligheid. EASA zorgt voor een gemeenschappelijke luchtvaartregelgeving voor de Europese Unie. De besluiten van EASA hoeven niet meer door de parlementen van de EU-landen goedgekeurd te worden. De NAA (National Aviation Authorities), dus de nationale luchtvaartautoriteiten, moeten de EASA-regelingen in hun land invoeren. In Nederland gebeurt dat door ILT (Inspectie Leefomgeving en Transport) een agentschap (zelfstandig onderdeel) van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. ILT is de CA (competent authority) voor de luchtvaart in Nederland. | ||||||||||||||
EASA-Luchtwaardigheid |
De luchtwaardigheid van een luchtvaartuig wordt beoordeeld op twee aspecten:
|
||||||||||||||
EASA-luchtvaartuigen | Luchtvaartuigen waarop in overeenstemming met EU-Basisverordening 2018/1139 de Europese eisen van toepassing zijn | ||||||||||||||
EASA part M | EASA part ML is een onderdeel van Continuing Airwortheness (zie schema) In EASA-Part ML (Maintance = onderhoud en de L is van Light Aircraft)) is de luchtwaardigheid en het onderhoud van o.a. zweefvliegtuigen geregeld. Het onderhoud vindt plaats onder toezicht van een CAMO (Continuing Airworthiness Management Organisation) of CAO (Continuing Airworthiness Organisation) . De overheid geeft een BvI (Bewijs van Inschrijving) en een BvL (Bewijs van Luchtwaardigheid) af. | ||||||||||||||
Eigenaar / houder |
De eigenaar / houder is verantwoordelijk voor:
|
||||||||||||||
ELA1 | Volgens EASA Part ML vallen zweefvliegtuigen en motorzevers met een maximum gewicht van minder dan 1200 kg onder ELA-1 vliegtuigen. | ||||||||||||||
Extensie |
Eénmalige intervalverhoging De maximaal toegestane, éénmalige afwijkingen van onderhoudsintervallen dienen in het AMP opgenomen te zijn.
|
||||||||||||||
FLARM | Een FLARM moet jaarlijks worden geupdate en de update moet in het onderhoudsprogramma worden vermeld. | ||||||||||||||
Geluidscertificaat | Zweefvliegtuigen met een “zelfstarter” als hulpmotor dienen te beschikken over een geluidscertificaat waarin staat aangegeven in welke geluidsklasse zij vallen. Nederlandse zweefvliegtuigen, dus met PH-registratie, met een zogenaamde “thuiskomer” als hulpmotor zijn hiervan vrijgesteld. | ||||||||||||||
Holellieraansluitingen
|
BLA 1993-040/4 Ze moeten voorzien zijn van een safety pin in een gat in de lock plate met een doorsnee van 1,2 mm. Ball and swivel insmeren met siliconenspray (geen vet houdt zand en stof vast). Bij D-inspectie controleer op breuken en goed sluiten. Meet de diameter op 2 punten het verschil mag maximaal 0,1 mm zijn. Onderkant lock plate minimaal 2 mm. Aanbeveling: de hotellieraansluitingen te vervangen elke 10 jaar of 3.000 vlieguren. Zie: https://www.segelfliegengrundausbildung.de/images/ppts/Hotellier_LTA_93-001-3_D.pdf | ||||||||||||||
ILT | De Inspectie voor Leefomgeving en Transport (ILT) is een zelfstandig onderdeel (agentschap) van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (MIW). ILT houdt toezicht op de naleving van veiligheid- en milieuwetten en regels voor de luchtvaart. ILT zorgt voor de uitvoering en de controle op de naleving van de regelgeving die van ICAO, EASA en de Nederlandse overheid komt. | ||||||||||||||
Kompas | Een magnetisch kompas mag tijdens de vlucht maximaal 10 graden afwijken en wanneer de radio gebruikt wordt of de motor loopt dan maximaal 15 graden. | ||||||||||||||
LBA | Luftfahrt Bundes-Ambt. Duitse ILT. Luftfahrt-Bundesamt, Sachgebiet T52 - Lufttüchtigkeit und IHP's, 38144 Braunschweig. |
||||||||||||||
LTA | Lufttüchtigkeitsanweisungen (LTA’s) | ||||||||||||||
Lektest | Moet om de 2 jaar | ||||||||||||||
Logboek | Een technicus moet (digitaal of op papier) een logboek bijhouden. Hij noteert: datum / aantal uren / Registratie / de verrichte werkzaamheden (op basis van welke instructies) handtekening met nummer of handtekening van onder toezicht mentor. | ||||||||||||||
Luchtvaartwet en de wet luchtvaart | We kennen in Nederland de oudere luchtvaartwet uit 1958 (LVW) en de nieuwe Wet Luchtvaart (WLV) uit 1992 . Momenteel zitten we in een overgangsfase, want de EU-wetgeving vervangt stelselmatig de nationale wetgeving. De Wet Luchtvaart is in de plaats gekomen van de Luchtvaartwet. Stap voor stap worden onderdelen van de Luchtvaartwet overgeplaatst naar de Wet Luchtvaart en inmiddels is de Luchtvaartwet al vrijwel geheel vervangen. | ||||||||||||||
MD | Maintenance Directive MD NL Maintenance Directive van de Nederlandse Overheid. Alleen verplicht voor ANNEX I zweefvliegtuigen. | ||||||||||||||
MIP |
Minimum Inspection Program volgens Appendices to annex Vb (Part ML). |
||||||||||||||
Melden defecten | De eigenaar is verantwoordelijk voor het melden van een defect aan een vliegtuig, een onderdeel of uitrustingsstuk aan de ILT en de fabrikant. Hierbij gaat het om een defect die de vliegveiligheid (mogelijk) in gevaar kan brengen en gerelateerd is aan het ontwerp van het vliegtuig (referentie AMC20-8). De volgende procedure moet gevolgd worden bij het melden van defecten aan ILT:
|
||||||||||||||
Nfl |
Nachrichten für Luftfahrer (Duitse OAL).
|
||||||||||||||
OAL | Onderhoudsaanwijzing voor Luchtvaartmaterieel: (Nederlandse, verplichte aanwijzing),voordat EASA bestond. Vervangen door MD | ||||||||||||||
Onderhoud |
De eigenaar moet zorgen voor de luchtwaardigheid van het vliegtuig. Hij/zij moet er voor zorgen:
|
||||||||||||||
Onderhouds-verklaring | Verklaring wanneer het volgende onderhoud moet worden uitgevoerd. | ||||||||||||||
Part 21 |
Part 21 is een onderdeel van Regulation (EU) No 748/2012 en vermeldt de regels voor luchtwaardigheid en certificering. Onderdelen zijn:
|
||||||||||||||
Part 66 |
Voorheen JAR 66. Bijlage betreffende trainings- en exameneisen voor onderhoudspersoneel. Onderhoudstechnici moeten voldoen aan de Europese standaard die is voorgeschreven door EASA en vastgesteld in de EASA Part 66 regelgeving. |
||||||||||||||
Part 66 L1 of L2 bevoegdheid |
De zweefvliegtechnicus had een AML A,B en C bevoegdheid. Deze zijn omgezet naar een Part 66 L2 bevoegdheid met beperkingen. Part 66 kent de volgende categorieën:
Om ook aan de romp van motorzwevers te kunnen werken krijgen AML-A technici een L2 bevoegdheid met beperkingen. Op de L2 bevoegdheid wordt beschreven welke werkzaamheden je mag uitvoeren. Voor de uitgifte van de L2 bevoegdheden zorgt KIWA. De kosten zijn ± 180,- euro en de bevoegdheid is 5 jaar geldig. |
||||||||||||||
Part 145 | Bijlage II bij verordening (EG) nr. 2042/2003: betreffende erkende onderhoudsbedrijven; | ||||||||||||||
Part-CAO erkenning | De Part-M Subpart F erkenning (CAMO KNVvL-erkenning) is per 1 december 2021 vervallen. Daarvoor is de Part-CAO erkenning (Combined Airworthiness Organisation) voor in de plaats gekomen. Onder een Part-CAO erkenning kunnen de volgende privileges verkregen worden :
|
||||||||||||||
Part M |
Verordening (EU) Nr.1321/2014 part M (vroeger JAR-OPS subpart M) onderverdeeld in subdelen (subparts)
Daarnaasr zijn er bijlagen bij part M.
|
||||||||||||||
MCF | Maintance Check Flight Na een succesvolle MCF (bijvoorbeeld na motoronderhoud van een motorzwever) moeten de onderhoudsgegevens worden ingevuld, de resterende onderhoudsacties worden afgerond en een certificaat van vrijgave voor gebruik (CRS) worden afgegeven. | ||||||||||||||
Part ML |
Part ML (L= Llight Aircraft) Een eenvoudiger regelgeving voor het onderhoud van lichte luchtvaartuigen. Staat in Annex VB bij EU regeling 1321/2014.
|
||||||||||||||
Piloot eigenaar onderhoudstaken |
De piloot eigenaar (met een LAPL(S) of SPL mag aan EASA-vliegtuigen onderhoud verrichten zoals dat omschreven is in het AMP. Dit geldt niet voor bijvoorbeeld Annex 1 vliegtuigen. Nadat het onderhoud is uitgevoerd kan de eigenaar/houder het vliegtuig tot een bepaalde datum, aantal vlieguren of ander interval vrijgeven door een onderhoudsverklaring in te vullen. De taken die een piloot eigenaar mag doen staan in het onderhoudsprogamma. De piloot-eigenaar mag eenvoudige visuele inspecties of handelingen verrichten als hij daartoe bekwaam is om de algemene staat en normale werking van het casco en van de motoren, systemen en onderdelen na te gaan en deze te controleren op zichtbare schade. Onderhoudstaken mogen niet door de piloot-eigenaar worden verricht wanneer de taak:
Het uitgevoerde onderhoud moet worden vermeld in het vliegtuiglogboek of op een Workorder. Hierbij moet de eigenaar/houder zijn paraaf en zijn LAPL of SPL nummer vermelden. |
||||||||||||||
Riemen | Na 12 jaar vernieuwen, reviseren. De labels op de riemen moeten leesbaar zijn. | ||||||||||||||
Talurit | BLA 68-19-00 MAL nr. 16/69 Het gebruik van talurit klemmen is verboden. Het gebruik van stuurkabel doorsnede kleiner dan 3 mm is verboden. | ||||||||||||||
TBO | Time Before Overhaul Dus het aantal uren voordat bijvoorbeeld de moter een revisie moet ondergaan. | ||||||||||||||
TCDS | Type Certificate Data Sheet Het typecertificaatgegevensblad bevat algemene informatie over het ontwerp, zoals afmetingen, vleugelbelasting, beperkende luchtsnelheden en vereiste borden en markeringen, stuurvlakbewegingen, motorinstallaties en, indien van toepassing, goedgekeurde motor-/propellercombinaties. | ||||||||||||||
TCH |
Type Certificaat Houder Een vliegtuig / onderdeel moet voldoen aan de eisen die gesteld worden in het type-certificate. Die staan in de volgende documenten:
Opvragen van documentatie (bijvoorbeeld voor een 3.000 uurs-inspectie) of alle andere informatie moet gebeuren via de TCH. Normaal gesproken is dat de fabrikant, maar in sommige gevallen kan het type certificate overgenomen worden door een andere organisatie. Voorbeelden:
|
||||||||||||||
TM | Technische Mitteilungen Mededelingen van de fabrikant betreffende het onderhoud van zweefvliegtuigen. | ||||||||||||||
Temperatuur | Zweefvliegtuigen en reparaties mogen vervormingen geven en moeten hun kracht behouden bij temperaturen tot 54°C | ||||||||||||||
Tosthaken | Tosthaken moeten na 2000 starts (10.000 keer aan de ontkoppelknop trekken) overhauled worden. Een vliegtuig met een neushaak en een zwaartepuntshaak dan moeten beide haken overhauled worden als het vliegtuig 2000 starts gemaakt heeft. | ||||||||||||||
Verordening |
Elke Europese verordening (Europese wet) heeft een nummer en een jaartal. Hieronder zie je een paar. Door de verordening met het nummer en het jaartal in google in te typen, kom je bij de officiële tekst. In plaats van de Verordening en het nummer gebruiken we namen als: Basic Regulation, Initional Airworthiness en Continuing Airwortheniness. Verordeningen weer zijn onderverdeeld in sub-delen (parts), bijlagen (annexes) of bijvoegsels (appendices). Veel van die parts, annexes en appendices kennen we onder een specifieke naam: Part M, Part 66, Part 145. (zie schema) |
||||||||||||||
Verordening (EU) Nr. 2018/1139 (Basic Regulation) |
Verordening (EU) Nr. 2018/1139 Deze verordening betreft de gemeenschappelijke regels over de productie en het onderhoud van luchtvaartuigen, de bemanning van luchtvaartuigen, de luchtvaartterreinen en de luchtverkeersleiding. In deze verordening zijn ook de taken, de bevoegdheden en de organisatie van EASA geregeld en de verordening wordt daarom Basic Regulation genoemd. |
||||||||||||||
Verordening (EU) Nr. 748/2012 (Initial Airworthiness) |
Verordening (EU) Nr. 748/2012 (Gaat over de Initial airworthiness). Deze verordening regelt het vaststellen van uitvoeringsvoorschriften inzake de luchtwaardigheid en milieucertificering van luchtvaartuigen en aanverwante producten, onderdelen en uitrustingsstukken, alsmede voor de certificering van ontwerp- en productieorganisaties. Belangrijke onderdelen:
|
||||||||||||||
Verordening (EU) Nr.1321/2014 (Continuing Airworthiness) |
Verordening (EU) Nr.1321/2014 Regeling Continuing Airworthiness Onderdelen zijn:
|
||||||||||||||
Verplichte instrumenten | Een zweefvliegtuig bevat minimaal: een uurwerk, een drukhoogtemeter en een luchtsnelheidsmeter. Gemotoriseerde zweefvliegtuigen een instrument dat de magnetisch koers weergeeft. Zweefvliegtuigen voor kunstvliegen een G-meter en zweefvliegtuigen met waterballast een buitentermometer. De tijd mag je met een horloge worden meten en voor de verplichte hoogtemeter en snelheidsmeter moet je een release to service in accordance with point M.A.801 of Annex I to Regulation (EU) No 1321/2014 hebben (een FORM ONE). | ||||||||||||||
Vlieghandboek | Bij elk zweefvliegtuig hoort een goedgekeurd vlieghandboek. Het vlieghandboek geeft uitleg over het veilig gebruik van het zweefvliegtuig en behoort bij de boorddocumenten. | ||||||||||||||
Vliegtuiglogboek |
Het vliegtuiglogboek (Journaal, Aircraft logbook) De gezagvoerder van een vliegtuig zorgt ervoor dat na afloop van de vlucht (of na afloop van de vluchten van die dag) het journaal (het blauwe boekje) wordt bij gehouden. Hij vermeldt daarin:
Opmerking: Een vliegtuig moet in een luchtwaardige staat gehouden worden. Een vliegtuig is niet meer luchtwaardig als het beschadigd is of z'n gebruiksgrenzen (die in het vliegtuighandboek staan) heeft overschreden. In het logboek vermeld je een klacht bij een gebrek welke de luchtwaardigheid niet beïnvloedt. Wanneer er in het logboek een defect vermeld wordt, dan is dat een gebrek welke de luchtwaardigheid wél beïnvloedt. Bij een defect is het vliegtuig niet meer inzetbaar. Een defect moet voor de eerstvolgende vlucht worden hersteld. |
||||||||||||||
Vrijgavedocument | Het vrijgavedocument (Aircraft Certificate of Release to Service) is een document dat, het vliegtuig weer vrijgeeft na een reparatie of modificatie. Het document maakt deel uit van de technische administratie welke zich niet aan boord bevindt. | ||||||||||||||
Wegen zweefvliegtuig | Wegen hoeft niet om de 4 of 5 jaar jaar (tenzij de fabrikant dat voorschrijft) maar moet wel na modificaties of reparaties.
Het weegrapport hoort bij de boordpapieren. Het vermeldt het leeggewicht en de ligging van het zwaartepunt. Deze gegevens zijn noodzakelijk om te bepalen of het vliegtuig binnen de gebruiksgrenzen gebruikt wordt. Een vliegtuig moet worden gewogen: Volgens het onderhoudsprogramma.Na een grote reparatie of modificatie. Bij het wegen van een vliegtuig moet de volgende procedure worden gevolgd: De weging moet worden uitgevoerd en vrijgegeven door een bevoegde persoon of organisatie.De weging moet worden uitgevoerd volgens de voorschriften van de fabrikant.De weging moet worden uitgevoerd met gekalibreerde apparatuur.Voor aanvang van de weging moet er gecontroleerd worden of de configuratie van het vliegtuig overeenkomt met de inventarislijst van het vliegtuig. De weging moet worden vastgelegd op een gewichts -en zwaartepuntsrapport. Na de weging moet gecontroleerd worden of de opschriften in de cockpit gewijzigd moeten worden. Het gewichts -en zwaartepuntsrapport moet worden opgeslagen in de vliegtuigadministratie van het vliegtuig en een kopie van het rapport moet worden opgeslagen bij de boordpapieren. |
||||||||||||||
Workorder |
Onderhoud aan een vliegtuig dat de eigenaar niet zelf mag doen, moet de eigenaar uitbesteden aan: een zweefvliegtechnicus met een Part 66 L bevoegheid, een Part 145 organisatie of Part M subpart F organisatie, die een erkenning hebben voor de werkzaamheden die worden uitbesteed. Na het onderhoud wordt dit vrijgegeven met een Aircraft Certificate of Release to Service met daarop de verrichte werkzaamheden, de gebruikte documentatie en vermelding van de work order. Het vermelden van het repareren van het defect in het vliegtuiglogboek mag beschouwd worden als een werkopdracht. |
||||||||||||||
TCDS | Type Certificate Data Sheet | ||||||||||||||
Technische administratie |
Bij het vliegtuig hoort de technische administratie, die bestaat uit
Bewaar termein:
|
||||||||||||||
Typecertificaat | Het geheel van documenten omvattende alle tekeningen en specificaties benodigd om de configuratie, de eigenschappen van het ontwerp vast te leggen, informatie over materialen, processen en productiemethodieken, luchtwaardigheidsbeperkingen ten behoeve van het onderhoud en alle gegevens die nodig zijn om de luchtwaardigheid en voor zover van toepassing de geluidsproductie vast te stellen van latere producten van het type; | ||||||||||||||
Weegrapport | Het weegrapport geeft de actuele informatie over het gewicht en de zwaartepuntligging. Na een belangrijke reparatie of wijziging dient het rapport opnieuw te worden opgemaakt. Afhankelijk van hetgeen de fabrikant voorschrijft is het rapport maximaal 4 à 5 jaar geldig. | ||||||||||||||
Zweefvliegtuig | Een luchtvaartuig met vaste vleugels, niet zijnde een Touring Motor Glider, zwaarder dan lucht dat hoofzakelijk in de lucht kan worden gehouden door aërodynamische reactiekrachten en waarvan de vrije vlucht niet afhankelijk is van een motor. Zweefvliegtuigen worden in Europa gebouwd en gecertificeerd volgens de luchtwaardigheidseisen van EASA. Deze zijn terug te vinden in CS-22 (Certification Specification nummer 22). | ||||||||||||||
Zweefvliegtechnicus-examen |
Het KEI organiseert de examens voor technici via meerkeuze vragen. Je moet per vak een score van 75% halen om te slagen. Kosten €50.- per examenmodule. Een behaalde theoriemodule is 10 jaar geldig.
De stofomschrijving voor de onderdelen van het examen staat in: Verordening 2018/1142 en dan vanaf blz. 37. |