3L3 - ONDERHOUDSGEGEVENS

Dit hoofdstuk bestaat uit drie delen:

  1. Luchtwaardigheidsaanwijzingen, instructies voor blijvende luchtwaardigheid (AMM, IPC enz.);
  2. Vlieghandboek;
  3. Onderhoudsgegevens.

 

1 LUCHTWAARDIGHEIDSAANWIJZINGEN, INSTRUCTIES VOOR BLIJVENDE LUCHTWAARDIGHEID (AMM, IPC ENZ.);

AD's

AMM onderhoudsaanwijzingen 

 

 

 

 

 

2 VLIEGHANDBOEK

weight and balance

 

 

3 ONDERHOUDSGEGEVENS

Voor elk toestel moet een dossier bijgehouden worden dat volgende documenten bevat: 

  • Officiële documenten:
    • Inschrijvingsbewijs 
    • Bewijs van Luchtwaardigheid CoA
    • Laatste ARC
    • Radiovergunning
    • Geluidscertificaat
    • Gelijkvormigheidsattest (EASA form 52, enkel voor nieuwere toestellen) 
  • AMP
  • Alle manuals (up to date) van het toestel en alle componenten 
  • Certificaten van geïnstalleerde componenten (EASA form 1) 
  • Overzicht van de uitvoering van alle (recurrent) AD’s en TN’s 
  • Volledig archief van alle documentatie / werkrapporten van de uitvoering van alle
    • AD’s 
    • TN’s 
    • Modificaties 
    • Reparaties 
  • De beschrijving van elk actueel uitgesteld onderhoud. 
  • Archief van alle AR-rapporten en ARC’s 
  • Inventaris en gewichts- zwaartepuntsbepaling
  • Opvolging van alle componenten met een beperkte levensduur 

Hoewel het niet wettelijk verplicht is om de volgende documenten te archiveren gedurende de hele levensduur van het toestel, wordt aangeraden om dit toch te doen voor: 

  • Alle ARC’s en AR rapporten 
  • Werkrapporten van de jaarlijkse onderhoudsbeurten 
  • Weegrapporten 

Deze documenten kunnen later nog nuttig zijn bijvoorbeeld bij de verkoop van het toestel. 

Alle actuele en voorgaande vliegtuigjournaals behoren aanwezig te zijn.

Het journaal (Vliegtuiglogboek, Aircraft logbook)

De gezagvoerder van een vliegtuig zorgt ervoor dat na afloop van de vlucht het journaal (het blauwe boekje) wordt bij gehouden.

Hij vermeldt daarin:

  1. de datum, de plaats en het tijdstip van aanvang en einde van de vlucht;
  2. de duur van de vlucht;
  3. de aard van de vlucht;
  4. de naam en taak van elk lid van het boordpersoneel;
  5. eventuele klachten of defecten en technische storingen, opgelopen schade en verrichte herstellingen die tijdens de vlucht zijn voorgekomen, respectievelijk zijn uitgevoerd;
  6. ongevallen, bijzondere voorvallen en overschrijding van de gestelde gebruiksgrenzen die zich hebben
    voorgedaan
  7. de handtekening van de gezagvoerder.

Opmerking: Een vliegtuig moet in een luchtwaardige staat gehouden worden. Een vliegtuig is niet meer luchtwaardig als het beschadigd is of z'n gebruiksgrenzen (die in het vliegtuighandboek staan) heeft overschreden. In het logboek vermeld je een klacht bij een gebrek welke de luchtwaardigheid niet beïnvloedt. Wanneer er in het logboek een defect vermeld wordt, dan is dat een gebrek welke de luchtwaardigheid wél beïnvloedt. Bij een defect is het vliegtuig niet meer inzetbaar. Een defect moet voor de eerstvolgende vlucht worden hersteld.